De rol van de wijk verpleegkundige in het huidige zorgstelsel!

Door alle veranderingen in de zorg en wetgeving is ook de rol van wijkverpleegkundige veranderd. Wat is nu eigenlijk de rol van verpleegkundige en welke competenties horen hier nu bij?

Na de transitie van de AWBZ naar de huidige zorgverzekeringswet wordt de wijkverpleegkundige op een andere manier als zorgverlener neergezet. De wijkverpleegkundige krijgt hierin een bredere rol als voorheen als zorgverlener in de eerste lijn. Het verschil is dat het werk van de wijkverpleegkundige wat betreft de ZVW, dat deze verantwoordelijk is voor het hele verpleegkundige proces vanaf het vaststellen van de diagnose tot het toewijzen en inzetten van zorg aan de hand van de gestelde indicatie.

De rol van wijkverpleegkundige in het nieuwe systeem brengt veranderingen met zich mee. De wijkverpleegkundige moet wat betreft de competenties gaan werken volgens de Canmeds rollen. Deze bestaan uit zeven competenties die de plaats die de wijkverpleegkundige inneemt, duidelijk beschrijven.

De zeven rollen zijn de  volgende; vakinhoudelijk handelen, samenwerking, kennis en wetenschap, communicatie, maatschappelijk handelen, organisatie en professionaliteit en kwaliteit.

Je kunt het zo zien, de wijkverpleegkundige staat in het midden en alle andere rollen zijn hierin met elkaar verbonden.

In principe is de rol van zorgverlener voor de wijkverpleegkundige de centrale rol waardoor de andere rollen kunnen worden vormgegeven.

Voorheen was de rol van de wijkverpleegkundige voor het grootste deel, uitvoeren van de door de CIZ afgegeven indicatie. Deze taak ligt nu bij de wijkverpleegkundige die word uitgevoerd door middel van het volgen van een helder onderbouwd proces van diagnostisch handelen. Met andere woorden; de wijkverpleegkundige is een reflectieve beroepsbeoefenaar en baseert haar handelen op basis van de laatst bekende inzichten en literatuur die voorhanden is. Het is een hele verandering en vraagt van de wijkverpleegkundige om elkaar als professional aan te spreken op elkaars handelen. Dit is een proces van leren omdat we dit nog niet gewend zijn en vraagt van alle partijen een grote inzet en bereidwilligheid.

Op basis van een goede analyse en goed overleg met cliënten en collega's moet de wijkverpleegkundige een indicatie stellen. Bij elke indicatie die gesteld wordt ligt de vraag bij wat de daadwerkelijke zorgvraag is, is deze reëel  en hoe komt het dat de cliënt in deze situatie is beland. Dat houdt in dat er moet worden gekeken naar de vraag achter de vraag en hoe de cliënt terug te zetten in hun eigen kracht zover als dat mogelijk is. Dat houdt in dat de zorgvraag af zal nemen naar mate de onderliggende oorzaken wanneer de cliënt weer in zijn kracht staat verbeteren. Zelfmanagement en eigen regie van een cliënt is van groot belang. Hierbij is het belangrijk om de vaardigheden en kennis in te zetten van de wijkverpleegkundige om dit te bereiken. De rol van wijkverpleegkundige houd in dat er goed contact is en overleg is met alle andere zorgverleners en partijen die bij de cliënt in beeld zijn. Het stellen van een goede indicatie is essentieel hierin. Hierdoor is de wijkverpleegkundige een gelijkwaardige gesprekspartner voor andere professionals zoals bijvoorbeeld, de huisarts of specialist .

Wat betreft de zorgverzekeraars, voor hen is het zeker wennen aan de nieuwe rol die de wijkverpleegkundige nu heeft. Het afgaan op de kwaliteit en kennis van de wijkverpleegkundige bij het maken van een indicatie is zeker wennen. Men is bang dat de wijkverpleegkundige te veel indiceert. Hierin ligt dan ook een uitdaging voor de wijkverpleegkundige, om aan te tonen aan de verzekering door transparant te zijn door te laten zien dat naast kostenbesparend het indiceren ook effectiever bijdraagt aan verbeteren van zorg en het zelfmanagement van de cliënt. Nu zet de zorgverzekering uit voorzorg een plafond op de vergoedingen in maar de hoop is dat dit in de toekomst verdwijnt en de zorgverzekeraars vertrouwen op de kennis en expertise van de wijkverpleegkundige.

(Bron: Bijzijn-XL, 7-2014)

(canmedsrollen, z.j.).