Ter beschikking aan de wetenschap.

 

een bijzondere keuze.

 

We kennen het allemaal, het overlijden is een feit en de nabestaande gaan om de tafel om het nodige te regelen. De keuze lijkt tweeledig, wordt het een begrafenis of een crematie. Wat we echter niet vaak horen is dat er gekozen wordt om het lichaam ter beschikking te stellen aan de wetenschap. Toch is ook dit een keuze, belangrijk is dat het een weloverwogen keuze is, er komt namelijk het één en ander bij kijken.

Jaarlijks zijn er in Nederland zo’n 500 stoffelijke overschotten nodig voor medisch onderwijs en voor wetenschappelijk onderzoek (uitvaart,z.j.). Een studenten leert d.m.v. een stoffelijk overschot meer over de (op) bouw van het menselijk lichaam. Tevens zijn lichamen nodig voor medisch specialisten om nieuwe operatietechnieken te ontwikkelen en wetenschappelijke kennis te vergroten door middel van onderzoek.

Om uw lichaam beschikbaar te stellen, moet u zelf toestemming geven aan een anatomisch instituut. Het instituut vraagt u een handgeschreven verklaring (codicil) te maken. Hierin staat dat u uw lichaam na uw overlijden aan de wetenschap afstaat. U moet het codicil ondertekenen en een datum vermelden. Het anatomisch instituut bewaart uw codicil. Zowel u als uw huisarts krijgen een kopie. Na overlijden staat u uw hele lichaam

af aan de wetenschap. Het anatomisch instituut geeft uw lichaam niet terug aan de nabestaanden. (Rijksoverheid,z.j.).                         Duidelijk mag zijn dat deze beslissing consequenties heeft voor nabestaanden. Zij hebben weliswaar het laatste woord in de wilsbeschikking. De nabestaanden moeten contact zoeken om te melden dat de lichaamsdonor is overleden. Als nabestaanden na het overlijden de wens van de lichaamsdonor niet respecteren, kunnen zij voorkomen dat het lichaam naar de wetenschap gaat. Het lichaam moet namelijk binnen 24 uur na overlijden, maar het liefst veel sneller, bij het anatomisch instituut zijn. ervan uitgaande dat de nabestaanden de wens tot lichaamsdonatie inwilligen, maakt dat de manier van afscheid nemen ook in een ander daglicht komt te staan.

Voor nabestaanden is een afscheid of herdenking van belang, het is een onderdeel van de rouwverwerking. Door het stoffelijk overschot ter beschikking van de wetenschap te schenken is er geen kist, geen opbaarperiode, geen uitvaartplechtigheid, geen graf of urn. Toch hebben nabestaande een afronding nodig, een moment om stil te staan bij de stijl van het leven van diens naaste. (uitvaart, z.j.). 

Vaak wordt er gekozen voor een herdenkingsdienst. Er is in dat geval geen kist met stoffelijk overschot maar vaak wordt een mooi bloemstuk geplaatst met een foto van de overledene. Het is van het allergrootste belang dat toch een goede afsluiting wordt georganiseerd geheel volgens de wens van de overledene. Welke symbolen men hiervoor wil kiezen zal men samen moeten overleggen. Een moment van (gezamenlijke) rouwverwerking beleven is van belang, ook als er geen begrafenis, crematie en plekje waar je heen kunt gaan meer is (uitvaart,z.j.). De argumenten om te kiezen om je lichaam ter beschikking van de wetenschap te stellen kunnen divers zijn. De anatomische ontwikkeling heeft een enorme groei doorgemaakt mede door onderzoek te doen op lichamen die ter beschikking zijn gesteld van de wetenschap (Kleinrensink, 2011).

Je lichaam ter beschikking stellen van de wetenschap draagt bij aan ontwikkeling en educatie. Je nabestaande dragen bij aan hoe je herdacht wordt, de kunst is om dit aanvullend aan elkaar te laten zijn.